Banksy
“The art world is the biggest joke going. It’s a rest home for the overprivileged, the pretentious, and the weak. And modern art is a disgrace – never have so many people used so much stuff and taken so long to say so little.”
Zou het? Vol pretenties en zo inhoudsloos? Heette het toch steeds in de lage landen bij de zee, doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg. Je kop boven het maaiveld uitsteken was uit den boze. En toch steeds weer die vervloekte grote bekken, die botheid? Hoe dat te verklaren, die pretenties en die holheid?
Het zit in de volksaard, vrees ik, de Bataafse. Ze is erin gehamerd door de Geuzen en Beeldenstormers, lichtende voorbeelden voor de Taliban. Ze drukten een stempel op dit land dat bijna onuitwisbaar is. Voor hen gold slechts één boek, de in hun spraak vertaalde bijbel. Na de ontkerstening gingen ze op zoek naar een andere heilsleer vervat in een boek, met een compleet wereldbeeld. Ayn Rand, Samuel Huntington of voor de vrouwelijke Bataaf… Ach, nu weet ik de titel niet meer, vraag het even aan Ina van Krapuul, die helpt u wel op weg.
Bataven spreken van oudsher hun talen. Moest ook wel vanwege hun handeltjes. Ze trokken erop uit naar verre vreemde landen, met eigenaardige gewoonten en gebruiken. Het komt ze nu zeer goed van pas, sinds de import van een nieuw proletariaat. Velen zijn van Arabische stam en ze zijn zeer gehecht aan hun boek. Wat een geluk dat de Bataaf er met zijn talenknobbel rechtstreeks kennis van kan nemen. Want gevaren dreigen. Hun Leider vergeleek dat boek zelfs met Mein Kampf.
Uitgelichte foto: Banksy – bron