Weet u wel wie ik ben?

Kerk Oostermaas – Maastricht




Een heer en een dame. Heer? Mag ik hier zitten? De heer wijst op een stoel waarop een dame plaatsgenomen heeft. Pardon, zegt de dame. Weet u wel wie ik ben, zegt de heer. Dat zal mij een zorg zijn, zegt de dame. Ik ben wethouder, zegt de heer.

Dit tafereel speelde zich jaren geleden af bij de opening van een kinderboerderij in Maastricht. De wethouder in kwestie Jan Hoen, een uitgesproken patjepeeër, nog steeds aanwezig in de gemeenteraad als eenmansfractie. Toen de schandalen over corruptie losbarstte, bouwfraude en meer, dreigde hij kopje onder te gaan. Hij sloeg terug met als ik moet hangen gaat de beerput open. Gemeend was de CDA beerput.

Een illuster iemand uit Oostermaas, het Witte Vrouwenveld, ook in Maastricht. In zijn jonge jaren etaleur bij V&D, o zo volks, de ideale man om stemmen te trekken bij de gewone man. Nooit, voor zover ik weet, heeft hij een poot voor ze uitgestoken. Wel altijd een grote bek, daar kom je ver mee in deze maatschappij. Niet als pastoor Mattie, in datzelfde Witte Vrouwenveld, die moet op een houtje bijten. Een echte intellectueel en sociaal bewogen. Of als een buschauffeur, uit diezelfde buurt. Hij kreeg een lintje van majesteit. Ook dat gebeurt en was hoe dan ook meer dan verdiend.

Deze mensen zul je nooit betrappen op een uitspraak als “weet je wel wie ik ben?”. Wel types als André. Hij weet niets van me, behalve een paar “twiets” zegt de man die me wenste te spreken, zogezegd me op het matje riep. Wie die klootzak is? Nog weet ik het niet en ik verdiep me er ook niet in. Z’n taal, zijn stukjes, zijn tweets spreken boekdelen. Z’n laatste verrassing… Sinds hij gehuwd is heeft hij het over een Huisgek. Wie zou dat zijn? Toch niet zijn vrouw mag ik hopen.

U zult mensen als André er nooit op betrappen dat ze buiten hun grenzen treden, dan komen ze op onbekend terrein en voelen zich verloren. Dan vallen hun er ingestampte theorietjes in duigen en weten ze zich geen raad. Dan klampen ze zich vast aan van horen zeggen, dan geloven ze blindelings alle praatjes die weer passen in hun wereldbeeld. In die zin zijn ze de gelijken van mensen waar ze zich ver verheven boven voelen, edoch ze zitten samen gevangen in dezelfde kooi. De een, als de zich superieur wanende, op de bovenste etage, het xenofobe klootjesvolk platvloers. 

Ze zijn tot elkaar veroordeeld en ze weten het niet van elkaar. Hulp van buiten slaan ze af, dan moeten ze grenzen overschrijden. De een wil dat niet uit zelfgenoegzaamheid, de ander niet uit angst. Soms vallen beide instellingen samen. Voor zover ik het kan beoordelen is dat bij André het geval. Een indicatie is voor mij zijn communicatief tekort en zijn kwalificaties aan het adres van Tibaert. Ook zijn overduidelijke achterbaksheid wijst in die richting, een houding eigen aan bange mensen.




Wilders, Hoen, Van Raaij, mij is het om het even. Onoprechte mensen met een chronisch tekort aan respect voor anderen die niet tot hun circuit behoren, hoe je dat ook verder definieert. Valt respect en medemenselijkheid door justitie af te dwingen? Nee… 


Wat dacht u verder van deze echte intellectueel die aan emancipatie werkzaamheden doet? Of van een vrouw, die deze uitspraak doet: Dat zeggen over iemand die wijsbegeerte heeft gestudeerd, beleidsstukken heeft geschreven en volksvertegenwoordiger is geweest is natuurlijk lachwekkend.” Inderdaad, lachwekkend zijn ze wel, die figuren.
 




Uitgelichte foto: © Joachim Wilbers

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.