Kluftje en zijn fascistisch gespuis…

Ballonnen om door te prikken…




Fascisme, zegt m’n vrouw, zeg toch niet steeds weer fascisme. Het schrikt de mensen af. Dat weet ik, zeg ik dan maar weer, het komt omdat het verdrongen is na ’45. Ook over kapitalisme werd niet gesproken, dat veranderde na ’68. Kapitalist, fascist, het waren en zijn nog de scheldwoorden die over en weer gebruikt worden om een debat te frustreren. Ik zou graag zien dat we het beestje bij zijn naam noemen, maar dan dien je te weten wat fascisme is. Ze kijkt me met ongelovige blik aan wel wetend hoe de goegemeente erover denkt. Het schiet niet werkelijk op.

Neem Kluftje nou om een ideaaltypisch voorbeeld te noemen. André heeft weet van dialectiek, immers één slapeloze nacht was voor hem, in zijn jonge jaren weliswaar, voldoende om het werk van Henri Lefèbvre over het dialectisch materialisme in zijn geheel te lezen, in één ruk nog wel en in het Duits. Jammer voor hem, weet hebben van is niet hetzelfde als het daadwerkelijk doorgronden, laat staan het in de praktijk omzetten. Frappant is dat Adolf Hitler met hetzelfde probleem worstelde. Hij kreeg maar geen poot aan de grond bij die vervloekte (joodse) intellectuelen. Lees Mein Kampf en zie hoe hij dat voor eens en altijd oploste. Nog frappanter, ook André gaat nagenoeg hetzelfde te werk, om over zijn Krapuul kameraden maar te zwijgen.

Afgelopen avond maakte hij dat weer duidelijk in het kielzog van Jeroen van den Heuvel. Om jezelf te afficheren als een groot activist kost weinig moeite.


“Het zou een soort afscheidsverhaal kunnen lijken, maar het is dan inderdaad schijn. Het is een balans, geen tussentijdse halverwege, dat zou mij sterk lijken. Als ik terugkijk naar de begindagen van mijn activisme, dat geconcentreerd was op Biafra, en die tijd met de huidige vergelijk, dan is het onmogelijk om in vooruitgang in morele zin te geloven.”

 


Dit schreef hij vorig jaar augustus op zijn blog en toonde het nog eens in december bij Krapuul. 

Hij vergelijkt toen en nu. Hij spreekt over geloof in vooruitgang in morele zin. Vaagheid spreidt hij slechts ten toon, wat hij zegt is niet grijpbaar, niet aanvechtbaar, niet analyseerbaar, het valt niet te kritiseren. Voor u staat de incorporatie van de goede mens, de maatstaf aller dingen. De volgende stap, hij en hij alleen is tot oordelen bevoegd. Denkt hij, zo voelt hij dat. Ik denk dat het bij Adolf Hitler niet veel anders was. Hier ook ligt de sleutel voor de kracht van het fascisme. Het is als een virus dat bij, laten we ze in navolging van Horkheimer en Adorno maar zo noemen, autoritaire persoonlijkheden op vruchtbare bodem valt. 

Ter illustratie nog enkele min of meer toevallige voorbeelden en dan hou ik er weer over op.
 


Uitgelichte afbeelding: bron

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.