Een dode vis?

Édouard Boubat




Als je vertrouwen wordt geschonken krijg je dat terug. Dat is wat ouders ervaren bij het opvoeden van kinderen. Schend je het vertrouwen dan maak je wat stuk, misschien wel voor altijd. Ik kan me moeilijk verplaatsen in mensen die wantrouwig zijn. Of het komt door vroegere belevenissen in hun kinderjaren of door latere ingrijpende gebeurtenissen, je weet het meestal niet. Veel wordt verdrongen of uit schaamte niet prijsgegeven.

Iemand overtuigen die wantrouwig is is vaak een onmogelijke zaak, ook al ken je de persoon in kwestie goed, een familielid of een oude kameraad. Op internet spitst zich dit uiteraard toe. Wie moet of kun je nog geloven? Met die wetenschap in het achterhoofd en om te laten zien hoe bepaalde praktijken werken zijn m’n weblogs ontstaan. Van lieverlee zijn ze een bescherming gebleken om mijn integriteit staande te houden. Oorspronkelijk was het hoofdzakelijk de bedoeling om regelrechte fascisten het handwerk zo niet onmogelijk dan wel belachelijk te maken. 

Sinds najaar ’12, op het moment dat ik er genoeg van had, ik had mijn best gedaan, mijn kinderen dreigden zelfs de dupe te worden van regelrecht gajes op Twitter, nam alles een onverwachte wending. Politiek gezien een hoogst belangrijke. Ze liet zien hoe inwisselbaar politieke begrippen en etiketten waren. Er werd gelogen en gedreigd richting Tibaert dat het een lieve aard had. Wat me het meeste stak is hoe makkelijk het is om iemand tot onpersoon te verklaren. Wat leugens en roddels en het kunstje is geflikt. Je zou er wantrouwig van worden. Voor mij een hel.

Veelal ga ik af op mijn intuïtie en die blijkt me zelden te bedriegen. Misschien een stukje levenservaring, wie zal het zeggen? Een voorbeeld, Holman, stukjesschrijver bij het Parool en bij de Groene bekend als Opheffer. Sinds de moord op zijn vriendje bleef de man maar janken, dat had niets meer met verdriet te maken, in mijn ogen, maar meer met een pose ten eigen bate. Eergisteren verscheen een stukje van hem over het “onderduiken” van illegalen. Hij beroept zich daarbij op onze democratie. 




Het meest verontrustend aan dat stukje is dat hij geen enkele notie schijnt te hebben van hoe het voelt als je overgeleverd bent aan anderen voor je naakte bestaan. Die democratie, die wetten zijn mensenwerk, veelal afgedwongen in een lang historisch proces om een beetje meer rechtvaardigheid te bewerkstelligen. We laten, nog niet tenminste in de regel, geen mensen meer creperen, in ons land. Ze terugsturen naar een hel kan wel nog steeds. Dat wetende, en deze scribent hoort dat te weten, geeft hij met zijn opinie aan dat hij in tijden als er het werkelijk op aankomt, hij de verkeerde keuzes zal maken, vanwege zijn eigen hachje mogen we concluderen.

Normaliter schrijf ik dit soort replieken niet. Daar is nu wel een reden voor en die is om te laten zien hoe mensen hun blazoen oppoetsen via een reactie die op dat stuk van Holman volgde. Een bericht van Dhjana dat iedereen moet lezen. Holman schreef zijn column namelijk n.a.v. dit radioprogramma:




De vrouw in kwestie reageert op de enige doeltreffende wijze. Lees maar:


Open brief aan Theodor Holman

Beste Theodor,

In je column van donderdag 16 april bij het Parool schrijf je over die dame op de radio die uitgeprocedeerde asielzoekers in huis nam en daarmee – ik citeer je – ‘in al haar gevaarlijke naïviteit de rechtsstaat ondermijnt, het asielzoekersprobleem verergert en de onmenselijkheid voedt’.

Ik ben de dame in kwestie. Aangenaam kennis te maken.

Fijn om te horen dat je de wetten, democratie en onze rechtsstaat omarmt en erkent. Het komt wel een beetje vreemd over dat die erkenning dan kennelijk vooral het gedeelte in de Vreemdelingenwet betreft dat over uitzetting gaat en niet, om maar een voorbeeld te noemen, het Verdrag van Genève dat ons verplicht bescherming te bieden aan hen die dat nodig hebben. Of, om een ander voorbeeld te noemen, het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens, waarin ligt vastgelegd dat geen enkel mens blootgesteld mag worden aan een onmenselijke of vernederende behandeling. Aan beide verdragen heeft Nederland zich (op volkomen democratische wijze!) geconformeerd en nationale wetgeving – zowel de bepaling als de uitvoering daarvan – hoort hier op geen enkele wijze in strijd mee te zijn.



Lees hier verder.


Een van de “reageerders” op dit stuk is Rob van Kan. Hij maakt er een blogje van en blaast weer stoom af met eeuwige herhalingen. Hij lijkt de Geest van Krapuul wel. Die Rob toch, lekker wat schreeuwen, laten blijken dat je aan de goede kant staat als witmens en het kunstje is weer geflikt. Wie help je ermee, breng je er mensen mee op andere gedachten? Nou dat zeker niet. Voor mij dan nog liever die Holman, daar kun je je op zijn minst tegen afzetten met gebruik van argumenten. Types als Rob zijn de ideale pionnen voor de fascistenstreken van Bosma en Wilders, maar dat begrijpen ze niet.

De hamvraag. Moeten we Rob wantrouwen? Voor mij een volmondig ja. Bij die man moet je niet wezen om veilig onderdak te vinden. Voor die man geldt slechts zijn eigen clan en die gelooft hij op hun woord. Kortom een vis die met de stroom mee zwemt. Een dode vis? Mijn intuïtie in deze bedriegt me zeker niet. Ze stoelt op daadwerkelijke ervaring met deze man.


Uitgelichte foto: bron onbekend

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.