“Shirin Neshat: The Passage” (2001)
Joachim Wilbers
“Wat is crisis, pap?”
“Als niemand weet hoe het verder moet, jongen.”
“Waarom weten ze dat niet?”
“Omdat ze zich in de nesten hebben gewerkt.”
“Ze zijn dom geweest.”
“Mmhm.”
“Maar wie dan?”
“Mensen die dachten dat ze het wisten. Ze zeiden; laat mij dat maar doen, ik kan dat.”
“Maar dat was niet zo.”
“Nee.”
“Ze logen.”
“Ook, vooral toen ze het niet meer wisten. Ze liegen om dat niet te laten merken.”
“Dat is niet eerlijk.”
“Nee. Daarom hebben we crisis. Omdat mensen die verantwoordelijk zijn niet de waarheid vertellen.”
“Als ze eerlijk waren was er geen crisis.”
“Nee, dan waren ze eerder gestopt, toen ze zagen dat het fout kon gaan.”
“Maar waarom doen ze dat? Zij hebben toch ook crisis?”
“Dat is waar. Dat noemen we zelfoverschatting. Ze geloven dat ze het op kunnen lossen en als blijkt dat ze dat niet kunnen volgt crisis.”
“Dat is dom.”
“Zeker, want heel veel mensen komen in de problemen.”
“En dat vinden die niet leuk.”
“Nee.”
“Dan zouden die die dachten dat ze het konden gestraft moeten worden.”
“Eigenlijk wel, maar dat gebeurt niet.”
“Wat gebeurt er dan wel?”
“Niets.”
“Het blijft crisis.”
“Inderdaad.”
“Dat is niet goed.”
“Nee.”
“Als jij het zou doen zou het geen crisis zijn, he pap.”
De vader bezag zijn zoon peinzend en sprak nadenkend: “Eerlijk gezegd weet ik dat niet. Crisis ontstaat vaak lang van tevoren, als niemand nog weet dat het crisis wordt. Dan lijkt alles goed te gaan en gaat iedereen maar door waarmee hij bezig is, tot het niet meer gaat.”
“Er is dus niets aan te doen.”
“Dat zeg ik niet. Er is altijd wat aan te doen, maar mensen denken dat als het goed gaat dat dat altijd zo blijft.”
“Dat is niet zo.”
“Nee. Dingen kunnen mis gaan. Dat weet je en dat geeft niet, zolang je op tijd kunt toegeven dat het niet goed is wat je doet. Als je dat niet kunt veroorzaak je crisis.”
“Als ze eerder hadden toegegeven dat het niet goed was wat ze deden…”
“Hadden we nu geen crisis, jongen.”
Uitgelichte foto: bron
