Ongeduld

Dormir…


 

Joachim Wilbers

 

Laat het nu maar gebeuren, want ik ben er klaar mee, maar ik zal tot morgen moeten wachten voor de laatste toast: “Op jullie gezondheid jongens en meisjes. Ik ben ermee weg”. Klok, slik. Zo ongeveer. Ik drink mezelf dood; een door de dokter voorgeschreven zelfdodingsdrankje.

Het schijnt vies te zijn, erg bitter. Ik zal er wat zoets achteraan drinken voor de smaak, want om met een bittere afdronk het tijdelijke voor het eeuwige te verwisselen… Het leven heeft altijd goed gesmaakt, weinig bitter.

Dormir…

Iedereen vraagt wat ik verwacht. Niets natuurlijk, maar dat willen maar weinigen accepteren, alsof het leuk is dat er een vervolg komt. Dat lijkt me juist helemaal niet leuk.

Terugkomen als wat? Verzin het maar en de man met de baard die er een potje van maakt hoef ik ook niet te ontmoeten, net zo min als hereniging met al die dooien. Ik moet er niet aan denken. Kun je als eerste nog verantwoording afleggen ook, want geloof maar dat er zat is waar deze of gene het niet mee eens is. “Waarom…?”

“Hou op! Ik wil rust.”

Niemand realiseert zich de gevolgen van al die al te menselijk fantasieën over hiernamaals, reïncarnatie, noem maar op… Stel dat er iets is na de dood. Kun je weer aan de bak. Ben je net gepensioneerd, overal vanaf en daar ga je weer. Daarvoor hoef je niet dood te gaan. Dan kun je net zo goed blijven. Alle moeite voor niks, want geloof maar niet dat je daar, waar daar ook is, rustig kunt rentenieren met je luie reet onder een palmboom, cocktail in de hand. Vergeet het. Iedereen wil wat van je, net als hier. Ik hoef dat gekrakeel niet aan te horen. Waarom heb je het zelf gedaan? Dat is toch niet leuk voor wie achterblijft. Of, waarom heb je toen die auto in de prak gereden? Dat was toch niet nodig. Geloof maar dat je hele kuddes oude koeien worden voorgehouden. Verwijten, op- en aanmerkingen, want die daarboven hebben net zo goed hun bedenkingen, net als die hier beneden. Het is de bedoeling dat je van al dat geleuter bevrijd wordt, niet dat je het opzoekt en het nog eens dunnetjes overdoet. Geef dan mijn portie maar aan fikkie. Ik wil rust en daar verlang ik ongeduldig naar. Zalig nietsdoen en zelfs dat niet meer weten. Algeheel Niets!

En als die baard bestaat trek ik zijn ballen vantussen zijn benen; de lul.

300.000 jaar geleden zag homo sapiens het licht, voor zover we nu weten, maar pas 6.000 jaar terug herinnerde die zogeheten schepper zich, dat hij op deze bol wat mensjes had neergepoot, die hij vergeten was de weg naar zijn hemel te wijzen, en dus begon hij aan een inhaalslag, pootte hier en daar wat ‘heilige’ boeken neer, stuurde ten slotte ‘zijn zoon’ omlaag om de weg te wijzen. En al die miljarden daarvoor? Waar zijn die gebleven? Die mochten het uitzoeken, niks geen paradijs, de hufter. Als hij bestaat is hij beslist de uitvinder van meten met twee maten.

Nee, al die vervolgverhalen staan me niet aan. Ik wil zalig Niets en ik ben ervan overtuigd dat het zo is. 

Amen.


 

 

Foto: bron

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.