Nederland, kennisland…

Albert Gleizes: Portret van een legerarts (1914-15)




Een reactie op een discussie in het NRC forum over “Nederland, kennisland?”. Voortdurend worden in die discussie twee begrippen centraal gesteld, intelligentie en selectie. Een snelle reactie om weg te komen van die verfoeilijke ratrace mentaliteit…


Kennis verwerven heeft vooral te maken met een een hoog IQ, wat een misverstand. Tussen haakjes, wanneer wordt dit mathematische begrip eindelijk eens naar het rijk der fabelen verwezen? Vervolgens selecteren, liefst zo vroeg mogelijk. Selectie tot wat? Beursspeculant, kernfysicus? Och ja, dat vergat ik, we leven niet in een maatschappij waarin het volkomen vanzelfsprekend is dat we samenwerken, nee hoor, ons wordt voorgehouden concurrentie brengt vooruitgang. Het wordt er voortdurend ingehamerd, verzamel kennis om ermee te concurreren. Met wie dan?

Kernfysica bijvoorbeeld. Uit deze discipline heb ik iemand meegemaakt. Zeer intelligent, zat altijd in de studieboeken gedoken, zelfs tijdens de maaltijd, zeer ambitieus. Zijn stage doorliep hij in Turkije. Hij was verrukt over dat land: je schoenen kon je zomaar op straat laten poetsen, wat een cultuur. Dat was begin zeventiger jaren. Wat van hem geworden is weet ik niet. Op zijn gebied was hij toentertijd de enige specialist in Nederland. Ongetwijfeld iemand met een hoog IQ.

Intelligente kinderen kunnen besmet raken door het contact met dommere klasgenootjes, dat mag je die kwetsbare kinderen niet aandoen, dat is sadistisch, lees ik. Selecteren tot je een ons weegt dat is humaan, dat is kindvriendelijk. Opfokken die kinderen. Net van de borst, pardon de fles, moet al aangepakt worden. Gaven zijn niet aangeboren, wat een misverstand, begaafdheid wordt gekweekt. Allereerst de talenkennis en vervolgens de mathematica en het ruimtelijk inzicht. Er mag geen dag verloren gaan. Spelen in dienst van het omhoog krikken van het IQ. Milieu is allesbepalend en niet te vergeten de woonlocatie. Cultuur moet: muziek, niet in een fanfare, hoe ordinair, nee cello. Een potlood kunnen vasthouden, ho maar. Sport, … ik zal maar geen open deur intrappen.

Als ik dat zo allemaal overzie wat er aan meningen gespuid wordt  laten we het dan maar bij het aloude handeldrijven houden. Van huis uit kunnen handelslieden niet anders dan tolerant en wars van specialismen zijn. Ruimdenkend zogezegd. Met cultuur komen ze als vanzelf in aanraking als ze er voor open staan. Hollands in de goede zin van het woord, geen zakkenvullers en op carrière beluste lieden. Met iemand een oor aannaaien zet je jezelf al snel buitenspel weten ze. Kunnen universiteiten eindelijk weer dienst doen waarvoor ze oorspronkelijk bestemd waren: bolwerken van wetenschap, onderzoek en cultuur, geen veredelde beroepsopleidingen.

Echte begaafdheid hoort bij de persoon, die kun je niet kweken. Gaven leer je ontdekken door opvoeding en onderwijs, niet andersom. Bovenal in contact met anderen, oud en jong. Kennis? Die wordt verworven zolang de natuurlijke nieuwsgierigheid niet de nek wordt omgedraaid. Zelfs via het leerlingenstelsel (bestaat dat nog) heeft een vroeger schoolkameraadje van me het erg ver geschopt in de chemie. Rubber om precies te zijn. Met een interessante theorie over het ozon-gat haalde hij zelfs de internationale vakpers. Zo zie je maar. Vader woningstoffeerder en arm. 

De maatschappelijke accenten zouden moeten liggen bij gelijke kansen en rechten, niet bij selecteren en segregatie. Dan komt de rest vanzelf. Van nature zijn we sociale wezens, empathisch en altruïstisch, als we de kans maar krijgen.



Uitgelichte afbeelding: Albert Gleizes – bron

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.