Composer Hanns Eisler greeting Shostakovich in Leipzig (1950)
Waar gedijd cultuur het beste? Als er sprake is van tegenstellingen, botsingen, kritiek. Niet als het beheerst wordt door leergezag, politieke en economische afhankelijkheid. Het best valt dit dagelijks te aanschouwen in een stad dichtbij, Maastricht, nu al bijna tweehonderd jaar afhankelijk en ondergeschikt gemaakt aan een heersende cultuur, de Hollandse koopmansgeest. Stel je voor, deze stad had zich vrij van grenzen en sociale en culturele drainage kunnen ontwikkelen binnen het Maas-Rijn gebied. De stad die bezongen wordt in het oudst bewaard gebleven gedicht in het Nederlands uit 1168…
Aen eynre ghemeynre straten Van Inghelant in Ongheren Voer Colne ende voer
Tongheren; Ende alsoe dies ghelijck Van Sassen in Vrancrijk Ende mit scepe die des pleghen Te Denemerken ende te Norweghen. Die weghe versamenen sich all dae.
Des is die stadt daer nae Gheheiten Traiectum…
… en zeer opmerkelijk, waar voor zover bekend het eerste muziekstuk uit de Nederlanden werd gecomponeerd en waar het eerste symfonie-orkest van ons land gesticht werd. Wat rest? Een toeristische attractie doorsneden door een autoweg, nu geleid door een tunnel. Absurd, maar dat is wat grenzen, politiek en niet te vergeten militair denken te moeten aanrichten.
Andere schaal, maar eveneens dichtbij. Twee Duitslanden. Stel je voor dat Duitsland niet verdeeld was geworden in twee vijandige blokken, dankzij dat o zo vrijheidslievende Westen. Stel je bijvoorbeeld voor wat dat cultureel had betekend.
Pogingen zijn ondernomen om die splitsing te overbruggen, door de componist Hanns Eisler bijvoorbeeld. Het gevolg? Twintig jaar lang mocht hij in het o zo vrije West-Duitsland niet meer uitgevoerd worden. Niet officieel uiteraard, o nee, daar had en heeft men andere middelen voor. U weet, de gesel van de vrije markt en die van het vrije woord.
In 1973 verscheen een bundel teksten van hem in het land dat hem het componeren van een opera onmogelijk had gemaakt, Faust. Een grote schande.
In de bundel is opgenomen een brief van Eisler aan West-Duitsland. Een jaar na het verschijnen van deze teksten besteedde de WDR er uitvoerig aandacht aan. Om de toonzetting, letterlijk en figuurlijk, van de brief wat duidelijker voor ogen te krijgen, hier het slot waarin hij zich richt aan componist en luisteraar. Daaropvolgend een copie van het bedoelde radioprogramma.
Komponisten und Hörer müssen voneinander lernen.
Der Komponist darf an Kunstfragen nicht abstrakt herangehen, sondern muß endlich begreifen, daß die Anwendung bestimmter musikalischer Techniken vom Inhalt abhängt.
Der Hörer muß wissen, daß das Hören einer historischen Veränderung unterworfen ist. Wenn er Verständlichkeit fordert, so wird er gefragt werden: Welche? Ist Bach, Beethoven leicht verständlich? Doch die Kunst dieser Meister erreicht den höchsten Grad der Vollendung und ist das Ziel der Volkstümlichkeit.
Der Hörer muß wissen, daß nicht jedes Musikstück sofort verstanden werden kann. Das trifft freilich nicht auf alle Genres der Musik zu. Hörer und Komponisten müssen unterscheiden lernen zwischen Genres, die leicht verstanden werden können, und Genres, die es dem Hörer schwer machen, sogar eine gewisse Vorbereitung verlangen.
Wir Komponisten müssen von den Hörern den selben Realismus verlangen, der mit Recht von uns gefordert wird.
Vanzelfsprekend, zou ik zeggen, de realiteit is anders, nog veel bedroevender dan 70 jaar geleden dankzij vooral de media en de alom aanwezige commercialisering.
“DIALEKTIK VOM MUSIK”
0′ – Einleitung
Manuskript: Hans Mayer
16′ – “Brief nach West-Deutschland” – 1951
Hanns Eisler
39′ – Gespräch
Hans Mayer und Wolfgang Seiffert
WDR 3 – 1974
Enkele jaren later zond wederom de WDR een uitvoerig (muzikaal) portret uit van Hanns Eisler onder de titel: “Komm! In’s Offene, Freund!” door Albrecht Betz aan de hand van berichten van tijdgenoten. Ik laat het hier in twee afleveringen volgen:
Oorspronkelijk werden deze programma’s uitgezonden via WDR 3 in oktober 1978.
Uitgelichte foto: bron