Ik vraag me af

Manuel Alvarez Bravo: Dagdromen (1931)




Ja, ik vraag me wel eens wat af. Hoe dom, bekrompen, gespeend van politiek vernuft, asociaal, behept met een tekort aan medemenselijkheid, onbeschoft en laaghartig kunnen mensen zijn? Via Tibaert getuig ik van die instelling bij lieden die zich roeren om te laten zien dat de ander niet deugt. Links of rechts, dat is om het even. Ze houden zich oostindisch doof voor argumenten, spelen eigen rechtertje, zaaien haat en laster.

Schuld heb je, schuldig ben je. Daartegen ben ik al vroeg in mijn leven ingeënt, dat maakt je immuun en de reacties des te kwaadaardiger. Je moet in een hokje geplaatst kunnen worden, je aan de daar horende regeltjes onderwerpen, dan kun je beoordeeld worden en mag je meezingen in een gelijkgestemd koor. Harmonie moet heersen op aard, dat is de opdracht die er o zo christelijk ingegoten wordt.

Op de ander afstappen zonder vooroordeel, zonder wantrouwen, dat gaat velen te ver. Voor vergissingen en fouten schamen ze zich. Iets toegeven durven ze niet, het s’excuse s’accuse zit er diep ingevreten. Bang, laf, zonder enige civiele courage, zo gaan ze door het leven. Dacht u werkelijk dat het zover had kon komen in dit land, dat bulkt van de rijkdom, als we een beetje lef hadden getoond, onze nek hadden uitgestoken?

Hoe is het in hemelsnaam mogelijk dat verantwoordelijken in dit land letterlijk bang zijn om hun macht te verliezen door het tonen van het meest essentiële van wat een mens kan doen, iemand in nood helpen? Vluchtelingen, asielzoekers, de vroegere gastarbeiders, Sinti en Roma, allen liefst zo snel mogelijk het land weer uit. We zijn vol. Vol met auto’s, tweede woningen, en op hol geslagen infrastructuur, asfalt en beton.

Wat doen zogenaamd geëngageerde lieden? Praatjes verkondigen zonder kop of staart, om het eigen geweten rein te houden. Van eentje weet ik dat ze ging demonstreren tegen dronen in de Nevada woestijn. Hoe gek ben je dan? In ieder geval niet goed wijs, maar het kan dankzij onze welvaart en al die overbodige luxe. O wat zijn we begaan met de verschoppelingen. Komt het aan op een beetje moed geven diezelfde lieden niet thuis.

Goed, als Tibaert ben ik afgeschilderd als monster. Iedereen, ik zeg iedereen die meent mij op de korrel te moeten nemen omdat ik al die smurrie laat zien, deugt niet. Dat is onderhand mijn definitieve conclusie. Als je laat gebeuren dat iemand tot in de kern van zijn ziel wordt afgebroken, dat je zelfs de daders met woord en daad steunt deug je niet. Dan maak je je aan fascistische praktijken schuldig, ben je fascist.

Heerlijk wel, dat je ook door velen gesteund wordt, dat je echte vrienden maakt, dat je het gevoel krijgt iets voor anderen te betekenen door het tonen van wat er plaats vindt. 

Bas les masques, het is maar even carnaval. Tibaert vervolgt zijn weg of men het leuk vindt of niet. 
 


 

 

Uitgelichte foto: bron onbekend

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.